28.07.2004

Niet iedereen wordt een hufter door testosteron

Volgens psychologen maakt testosteron mannen asociaal. Hoe meer testosteron er in hun bloed zit, des te minder interesse hebben ze in het wel en wee van anderen. Volgens een experiment uit de jaren negentig geldt dat lang niet voor alle mannen.

"Je gaat hier zitten", vertelden de onderzoekers hun proefpersonen. "Vlak voor deze knop. Elke keer dat je hem indrukt krijg je een punt. Honderd punten is een halve euro. Alles wat je bij elkaar drukt mag je straks handje-contantje mee naar huis nemen."

"En kijk eens. Hier heb je nog een andere knop. Als je die indrukt, dan krijg je tien punten per keer. Dat gaat dus stukken sneller. Maar alle punten die je met deze snelle knop binnenhaalt gaan ten koste van iemand anders, die hetzelfde spelletje speelt als jij, een kamer verderop. Je haalt de punten bij hem weg. Misschien niet eerlijk, maar het gaat wel sneller. Zie maar wat je doet."

En daarna verlieten de onderzoekers de kamer. De proefpersonen kregen een klein half uur de tijd om zoveel mogelijk geld te verdienen.

De onderzoekers lieten de proefpersonen de test drie keer doen. De eerste keer kregen de proefpersonen geen middelen toegediend, de tweede keer een injectie met een placebo en de derde keer voerden de proefpersonen het experiment uit nadat ze al een paar weken testosteroncypionaat hadden gespoten. Zeshonderd milligram per week, om precies te zijn.

Het experiment was bedoeld om een antwoord te krijgen op de vraag of niet-medische doseringen testosteron asociaal gedrag in de hand werken. Drukten de proefpersonen vaker op de hufterknop als ze op sap stonden? Hadden ze vaker lak aan anderen? Werden ze asocialer door testosteron? Het antwoord daarop luidt 'ja'. Maar, ontdekten de onderzoekers, de proefpersonen verschilden enorm in de mate waarin ze asocialer werden.

Je ziet de veranderingen in het gedrag per persoon hieronder. Inderdaad, het was geen grote proef. Zes proefpersonen, dat is niet veel. Maar het gaat om de gedachte. Elke curve staat voor een proefpersoon. BL = geen behandeling, PL = placebo, T = testosteron. De BL staat altijd op nul, en de curven geven dus de percentuele verandering in het aantal keren dat de proefpersonen op de asociale en niet-asociale knop drukten.


Volgens psychologen maakt testosteron mannen asociaal. Hoe meer testosteron er in hun bloed zit, des te minder interesse hebben ze in het wel en wee van anderen. Volgens een experiment uit de jaren negentig geldt dat lang niet voor alle mannen.
Volgens psychologen maakt testosteron mannen asociaal. Hoe meer testosteron er in hun bloed zit, des te minder interesse hebben ze in het wel en wee van anderen. Volgens een experiment uit de jaren negentig geldt dat lang niet voor alle mannen. Volgens psychologen maakt testosteron mannen asociaal. Hoe meer testosteron er in hun bloed zit, des te minder interesse hebben ze in het wel en wee van anderen. Volgens een experiment uit de jaren negentig geldt dat lang niet voor alle mannen.
Volgens psychologen maakt testosteron mannen asociaal. Hoe meer testosteron er in hun bloed zit, des te minder interesse hebben ze in het wel en wee van anderen. Volgens een experiment uit de jaren negentig geldt dat lang niet voor alle mannen. Volgens psychologen maakt testosteron mannen asociaal. Hoe meer testosteron er in hun bloed zit, des te minder interesse hebben ze in het wel en wee van anderen. Volgens een experiment uit de jaren negentig geldt dat lang niet voor alle mannen.
Volgens psychologen maakt testosteron mannen asociaal. Hoe meer testosteron er in hun bloed zit, des te minder interesse hebben ze in het wel en wee van anderen. Volgens een experiment uit de jaren negentig geldt dat lang niet voor alle mannen. Volgens psychologen maakt testosteron mannen asociaal. Hoe meer testosteron er in hun bloed zit, des te minder interesse hebben ze in het wel en wee van anderen. Volgens een experiment uit de jaren negentig geldt dat lang niet voor alle mannen.


Als je de resultaten van de studie mag extrapoleren, dan kun je concluderen dat er mensen zijn voor wie het niet zoveel uitmaakt of ze testosteron gebruiken. Ze gedragen zich er niet veel anders door. Maar er zijn er ook die er beter met een grote boog omheen kunnen lopen. Ze worden er hufterig door. Testosteron is niet goed voor ze. En al helemaal niet voor de mensen in hun omgeving.

Bron:
Drug Alcohol Depend. 1995 Nov;40(1):73-9.

Meer:
Moord door anabolen komt nauwelijks voor (3-7-2004)
Testosteronhype ontwricht de samenleving (7-10-2003)