AmerikaBlog Liesbeth Smit Boston, 13/10/2009
|
Cooking
Amerikanen zijn unhealthy people obsesses by the idea of healthy eating. Of, in het Nederlands, ongezonde mensen die geobsedeerd zijn door het idee van gezond eten. De twee-en-een-half jaar dat ik me heb ondergedompeld in de Amerikaanse cultuur heb ik geprobeerd die paradox te snappen. En ik geloof dat ik nu zover ben.
Toen de televisietoestellen nog alleen in zwart en wit uitzonden en bovendien klein waren, keek Amerika naar Julia Child, de beroemde kok die je vertelde hoe je chocolademousse en omeletten moest maken. [Wikipedia] Child is inmiddels overleden en nu kijken Amerikanen naar The Food Network, een kanaal dat 24 uur per etmaal programma's uitzendt over eten. [foodnetwork.com] Vaak gaan ze niet meer over koken - wel over het restaurant dat de grootste hamburger bakt, hoe snoepjes worden gemaakt en de man die de meeste biefstukken binnen een half uur kan eten. En terwijl de Amerikanen ernaar kijken spoelen ze met een halve liter Gatorade een zak chips of een doos koekjes weg.
Ik weet er alles van. Mijn room mates waren ook zulke Amerikanen.
Amerikanen koken zelden. Nederlandse eetgewoonten vinden ze maar raar in de States. Dat ik mijn eigen lunch meeneem naar werk is excentriek. Niemand eet hier boterhammen tussen de middag. En niemand, bijna niemand, begrijpt me als ik vertel dat ik het liefst aan een tafel eet, en dan bij voorkeur iets wat ik zelf op een fornuis van verse bestanddelen heb bereid.
Toen ik bij een vriendin uit Oklahoma ging koken waren de keukenkastjes leeg. Ze had geen olie om in te bakken en geen kruiden om over de groenten te strooien. De koelkast was gevuld met kant-en-klaar maaltijden, witbrood, vierkante voorverpakte plakken oranje kaas, fluorescerende gele mosterd en ketchup. Uiteindelijk kookte ik provisorisch met verse ingrediënten die we hadden gekocht. Toen ik aanschoof aan haar mooie eettafel, waar de placemats en onderborden al klaarstonden, hield mijn verbijsterde vriendin me tegen. In de twee jaar dat ze daar met haar vriend woonde had ze nog nooit aan de eettafel gezeten. Ze aten altijd achter de TV met het bord op schoot.
Amerikanen magnetronnen vaker dan dat ze koken. In 1965 besteedde een doorsnee-Amerikaanse familie nog 130 minuten per dag aan koken en opruimen. Nu is dat nog maar de helft, en besteedt de gemiddelde Amerikaan dagelijks maar 27 minuten aan de bereiding van eten. Aan tafel gaan zitten is er niet meer bij. Amerikanen eten staand of uit het vuistje. En de borden en bestek zijn meestal van plastic en gaan na gebruik de vuilnisbak in. Uit onderzoek blijkt dat Amerikanen per dag slechts 4 minuten schoonmaken en opruimen.
In de VS is “eten klaarmaken” niet veel meer dan het opwarmen van instant oatmeal in de magnetron, het roosteren van een poptart - een soort tostie van appelgebak - of het opwarmen van de koude chickenwings van de Kentucky Fried Chicken, die nog over zijn van gisterenavond.
Volgens het rapport Why Have Americans Become More Obese? van de Harvard-econoom David Cutler is de verminderde bereidingstijd één van de oorzaken van de obesitas epidemie. [Journal of Economic Perspectives 17(3) 93-118]. Ga maar na. Als je pas appeltaart kun eten als je er zelf eentje hebt gebakken zul je niet zo snel dik worden. Voor het bakken van een appeltaart heb je wel een paar uur nodig. Meestal zul je daar geen zin in hebben, of heb je er geen tijd voor. Maar als er voor je op tafel een voorverpakte energiereep ligt, vol met suiker en transvet, die je alleen maar in je mond hoeft te stoppen, dan gaat die vlieger niet op.
Ik snap de Amerikaanse eetcultuur na twee jaar stukken beter. In Amerika wil iedereen het beste, meeste en grootste. Eten moet zo lekker mogelijk zijn en zo min mogelijk kosten. De porties moeten zo groot mogelijk zijn. De industrie heeft eten zo easy gemaakt dat je meer tijd overhoudt voor een 80-urige werkweek. Een carrière of gewoonweg genoeg geld op de plank brengen om je familie te onderhouden is voor Amerikanen belangrijker dan koken.
Aan de andere kant willen Amerikanen ook zo slank mogelijk zijn. En gezond en, als het even kan, ook nog gespierd. Dat is de invloed van de droomfabriek van Hollywood.
Die tegenstelling verklaart de Amerikaanse obsessie met eten. In de steden vind je op elke straathoek een McDonald's of een 7-Eleven. Het realiseren van een schoonheids- en gezondheidsideaal is in zo'n omgeving verdraaid moeilijk - en voor de meeste Amerikanen kennelijk te moeilijk. Teleurgesteld en vol zelfhaat kruipen ze in hun pyama op de bank om voor de TV een literbak vanille-ijs weg te werken. Als je de films mag geloven.
Hoe je de Amerikaanse voedingscrisis zou moeten oplossen weet ik niet. Het zou ook tamelijk arrogant zijn als ik na twee jaar in de VS zou weten hoe je de eetcultuur van driehonderdmiljoen mensen kunt veranderen. Voorlopig ga ik mijn aandacht beperken tot de eetcultuur van een kleinere groep: die van de 16.5 miljoen Nederlanders.
Ik ben nu terug in Nederland en ga werken aan mijn promotieonderzoek aan de Vrije Universiteit van Amsterdam. Ik merk dat ik weer helemaal moet wennen aan de Nederlandse eetcultuur. Ik verbaas me erover dat iedereen hier een boterham van huis meeneemt, belegd met - je gelooft het niet - slechts enkel plakje kaas. Nederlanders eten die boterhammen gezamenlijk in de kantine op. Als je dat in de VS vertelt, dan verklaren ze je voor gek.
Raar volk, die Nederlanders.
|