|
||
|
||
0 6 - 0 6 - 2 0 0 8
Cardiotraining beschermt tegen de factor die krachtsporters doodt (Scand J Med Sci Sports. 2008 Jun;18(3):360-6.)
Mannen die veel bewegen en veel energie verbruiken hebben minder van het gevaarlijke aminozuur homocysteïne in hun bloed dan mannen die lichamelijk niet actief zijn. Dat ontdekten onderzoekers van de University of Tartu in Estland toen ze de homocysteïnespiegel van tachtig mannelijke ex-topsporters en dertig mannelijke niet-sporters met elkaar vergeleken. Onderzoekers snappen nog steeds niet waarom, maar mensen met veel homocysteïne in hun bloed hebben een verhoogde kans op hart- en vaatziekten. Misschien komt dat doordat homocysteïne de vaatwanden aantast, ontstekingen in de hand werkt, In theorie. Zeker is nog helemaal niks. De krachtsport wordt de laatste jaren geteisterd door een stille sterftegolf. Vooral hart- en vaatziekten dunnen de gelederen uit. Recente studies suggereren dat homocysteïne misschien een factor in die sterftegolf is. In studies waarin bodybuilders langere tijd worden gevolgd blijkt dat een hoge homocysteïnespiegel de kans op een dodelijke hartaanval verhoogt. Bovendien weten we van onderzoek onder transseksuelen dat spiermassa de concentratie homocysteïne in het lichaam verhoogt. Uit studies onder "gewone" mannen en vrouwen blijkt hetzelfde. [Nutr Metab Cardiovasc Dis. 2007 Sep;17(7):525-34.] Een andere risicofactor voor een hoge homocysteïnespiegel is een eiwitrijk dieet. Affijn. Je snapt onze interesse. De Estoonse onderzoekers maten de homocysteïnespiegel in totaal honderdtwintig mannen in de leeftijd van dertig tot zestig jaar. De ex-sporters die nog twee tot drie keer per week aan sport deden heten hieronder PAEA. De ex-sporters die niet meer actief waren heten SEA.
Het na een sportieve loopbaan helemaal stoppen met sport is kennelijk niet zo gezond.
Hoe meer uithoudingsvermogen de mannen hadden, des te minder van het vervaarlijke homocysteïne circuleerde in hun bloed. Of dat ook betekent dat een goede conditie de mannen beschermt tegen hart- en vaatziekten wordt in de toekomst duidelijk, beloven de Estonen. "We have designed this study as a follow-up, and the main health outcomes will be evaluated every 5–6 years", schrijven ze. |
|
|