2 3 - 0 9 - 2 0 0 7
Dieet met veel suiker, aardappels en wit brood vervet de lever (BBC 21 September 2007)
Het moderne van junkfood verzadigde high GI-dieet veroorzaakt waarschijnlijk een "silent epidemic of a dangerous liver condition". Dat concluderen onderzoekers uit Boston uit proeven met muizen, die ze publiceerden in Obesity. [Obesity 15:2190-2199 (2007)]
De onderzoekers gaven hun muizen een half jaar een dieet met veel aardappels. De ene helft kreeg aardappels met een hoge glycemische index, de andere helft aardappels met een lage glycemische index.
Het HG-dieet verhoogde de insulinespiegel en de hoeveel vetten in het bloed van de muizen, vergeleken de muizen in de LG-groep.
De muizen in beide groepen werden even zwaar, maar de muizen die de HG-piepers kregen werden twee keer vetter dan de muizen in de LG-groep. Hetzelfde patroon zagen de onderzoekers in de lever van de muizen. De lever van de HG-muizen bevatte twee keer meer vetten dan de lever van de LG-muizen.
De onderzoekers concluderen dan ook dat een laag-glycemisch dieet kan helpen bij de behandeling van non-alcoholic fatty liver disease.
Onderzoeksleider David Ludwig vreest dat we de komende tien jaar door de vetzucht-explosie een toename van die aandoening zullen zien. Nu al heeft een kwart van de dikkerds een vervette lever, aldus Ludwig. "Just as type 2 diabetes exploded into our consciousness in the 1990s, so we think fatty liver will in
the coming decade."
1 9 - 0 9 - 2 0 0 7
Kun je al die studies nog serieus nemen? (Los Angeles Times September 17, 2007) [Offline]
Koffie is ongezond, melden studies. Nee, koffie is juist wel gezond - lees je even later op Science Daily. En weer even later lees je dat het voor je gezondheid helemaal niet uitmaakt of je koffie drinkt.
Het heen en weer zwalken van onderzoekers in hun uitspraken over wat nou wel en niet gezond is, is een groeiende bron van ergernis voor veel gezondheidsfanaten - en sinds enkele jaren ook voor andere wetenschappers. De Los Angeles Times schreef een uitgebreid en boeiend stuk over de zin en onzin van de epidemiologie.
Het is duidelijk dat de schrijver epidemiologie grote onzin vindt, maar toch is het artikel helemaal niet onaardig. Al was het maar omdat het in een alinea het verschil uitlegt tussen cohortstudies, case-controlstudies en cross-sectionele studies, en in een zin samenvat wat confounders precies zijn.
Het stuk beschrijft de instorting van een aantal grote Waarheden - met een hoofdletter W - uit de epidemiologie, die grote maatschappelijke invloed hebben gehad. Zo'n Waarheid was bijvoorbeeld de beschermende werking van vitamine E tegen hart- en vaatziekten bijvoorbeeld. Die komt naar voren in studies onder gezonde mensen, zegt Walter Willett, co-auteur van de vitamine E-studies. Maar in studies onder mensen die al hart- en vaatziekten hebben is van een beschermend effect geen
sprake.
De grote criticus die in het stuk aan het woord komt is de Griekse epidemioloog John Ioannidis. Hij vindt dat de epidemiologie als wetenschap niet deugt. Er verschijnen volgens hem teveel slechte studies, die van alles overhoop halen, maar waarvan later blijkt dat ze niet kloppen.
Volgens andere epidemiologen klopt die kritiek niet. Met de studies is niets mis, vinden ze. Dat ze met verschillende resultaten komen, kun je verklaren doordat de onderzoeken naar verschillende groepen kijken. Zo is hormoontherapie voor vrouwen van veertig jaar waarschijnlijk niet zo gevaarlijk, maar voor oudere vrouwen wel.
In Nederland woedt dezelfde discussie. Er is Crisis In Voedingsland, meldden voedingswetenschappers nog niet zo lang geleden. De grote theorieen, waaraan onderzoekers van alles ophingen, zijn bezweken toen bijvoorbeeld bleek dat anti-oxidanten nauwelijks werken, en dat het low fat-dieet helemaal niet zo gezond is.
Wat opvalt aan de discussie over verwarrende voedingsinformatie de allergrootste stoorzender niet wordt genoemd. De voedingsindustrie, die de consument bombardeert met reclame.
|
|
|