1 7 - 0 3 - 2 0 0 8
Ietsiepietsie sneller sprinten en ietsiepietsie meer reps op de bank met beta-alanine (Nutrition Research 28 (2008) 31–35.) [Offline]
Statistisch significant zijn de effecten van het aminozuur beta-alanine niet, in deze studie van Amerikaanse sportwetenschappers. Maar desondanks zijn ze volgens de onderzoekers wel degelijk interessant. Bij een iets hogere dosering, of een iets langer volgehouden gebruik, waren ze waarschijnlijk wel significant geweest.
Even het geheugen opfrissen. In de spiercel plakt het enzym carnosinesynthetase beta-alanine vast aan histidine, een ander aminozuur. Zo ontstaat het dipeptide carnosine. Carnosine is een prestatieverbeteraar tijdens high intensity- inspanningen. Histidine is in de spiercel in betrekkelijk ruime mate aanwezig, net als het enzym. De beperkende factor in de aanmaak van carnosine is dus de hoeveelheidbeta-alanine - en daarom is suppletie met beta-alanine effectief.
De onderzoekers gaven twee dozijn getrainde krachtsporters dagelijks een placebo of 4,5 gram beta-alanine, in drie porties van elk 1,5 gram. De sporters moesten de porties tussen de maaltijden door innemen.
Na dertig dagen lieten de onderzoekers hun proefkonijnen op een sportveld drie keer achtereen een sprint trekken van 183 meter. Tussen de sprints moesten de proefpersonen twee minuten rusten. De beta-alanine-groep [BA in de figuur hieronder] liep ietsiepietsie sneller dan de placebogroep [P in de figuur hieronder]. Het verschil was echter niet statistisch significant.
De onderzoekers lieten hun proefpersonen ook squatten en bankdrukken. De proefpersonen moesten vier sets maken, waarbij ze tussen de zes en acht reps moesten halen - en daarbij moesten ze to failure gaan. Het totale aantal reps dat de proefpersonen daarbij maakten was bij de sporters in de beta-alanine-groep hoger dan in de andere groep. Je kijkt hieronder naar het trainingsvolume van de bankdruksets gedurende drie trainingen.
Het hogere trainingsvolume van de eerste training was het enige statistisch significante effect dat de onderzoekers vonden. Toch hebben ze het gevoel dat ze het aminozuur werkt. Alle trends wijzen in dezelfde richting.
De sporters consumeerden dagelijks per kilo lichaamsgewicht 43 milligram beta-alanine. In een succesvol verlopen proef met duursporters lag die dosis ergens tussen de vijftig en de tachtig milligram per kilo per dag.
In een ander geslaagd experiment, waarin footballspelers creatine met beta-alanine kregen, bleek een dagelijkse dosis van 34 milligram per kilo lichaamsgewicht voldoende. Maar in die proef gebruikten de sporters het supplement geen dertig, maar zeventig dagen achtereen.
"Results of this study raised questions regarding a need for supplement dose to be prescribed relative to body mass", besluiten de onderzoekers, "suggesting that further research is warranted concerning dose-response effects of beta-alanine supplementation in trained vs untrained subjects."
Het onderzoek is mede-gefinancierd door Natural Alternatives International, een fabrikant van voedingssupplementen. Natural Alternatives International leverde ook de beta-alanine die de onderzoekers in hun experiment hebben gebruikt.
0 8 - 0 3 - 2 0 0 8
Erabu-vetzuren verbeteren uithoudingsvermogen van oude muizen (J Nutr Sci Vitaminol (Tokyo). 2008 Dec;53(6):476-81.)
Zo zie je maar dat je niet alle soorten snake oil over één kam mag scheren. Er is ook eentje die echt werkt.
Japanse onderzoekers hebben ontdekt dat vetzuren uit de zeeslang Erabu - in het Latijn: Laticauda semifasciata - het uithoudingsvermogen van oude muizen verbeteren. Kregen de dieren zestien weken voer dat voor zes procent uit vetten van de Erabu bestond, dan konden ze daarna langer
|
zwemmen in een aquarium.
In Japan zijn supplementen met vetzuren uit de Erabu al jarenlang op de markt. Ze beginnen aan te slaan in het marktsegment van de duursporters. De Erabu komt voor in de wateren rondom de Japanse eilanden.
Onderzoekers van Tokyo University wilden weten of ouderen ook iets aan Erabuvetzuren zouden kunnen hebben, en voerden de vetzuren aan stokoude muizen - die ouder waren dan een jaar. Controlegroepen vetten uit spek of vis. In vis zitten enigszins vergelijkbare, maar niet dezelfde visvetzuren als in de Erabu.
Dat maakt de figuur hieronder zo interessant.
De figuur vertelt je hoelang de muizen hun kop boven water konden houden in een aquarium, nadat de onderzoekers een gewichtje aan hun staart hadden gebonden. De oude muizen houden het beduidend minder lang uit als ze visolie door hun voer hebben gekregen. De muizen die dezelfde vetzuren uit de Erabu hebben gegeten blijven daarentegen juist langer zwemmen.
Visvetzuren zijn licht toxisch. Daarom zijn ze gezond, vertelt de hormesistheorie. Maar in proeven met oude organismen pakken hoge doses visvetzuren fout uit, waarschijnlijk omdat bij oudere organismen de aanmaak van endogene antioxidanten niet meer optimaal is. Dat verklaart misschien waarom de suppletie met visolie bij de
oude proefdieren verkeerd uitpakte.
Maar suppletie met Ebaru werkt wel.
De muizen die Erabuvetzuren hebben gekregen hebben minder melkzuur in hun spieren nadat ze hebben gezwommen. Erabusuppletie verbetert kennelijk de processen waarlangs de spiercellen energie opwekken.
De onderzoekers werkten samen met farmaconcern Fuji. Fuji ziet brood in Erabusupplementen voor ouderen.
|
|
|