0 6 - 0 4 - 2 0 0 9
Je hebt gewone anabolengebruikers en verslaafde anabolengebruikers, zegt studie (Drug Alcohol Depend. 2009 Jun 1;102(1-3):130-7.)
Zo'n dertig procent van de Amerikaanse anabolengebruikers is verslaafd. Die anabolengebruikers zijn een aparte groep, schrijven psychiaters van Harvard Medical School binnenkort in Drug and Alcohol Dependence. Niet-verslaafde anabolengebruikers en naturelbodybuilders verschillen niet zo verschrikkelijk veel van elkaar, maar wel van de verslaafde gebruikers.
De onderzoekers, onder leiding van de onderzoeker Harrison Pope, [op de kiek hiernaast] recruteerden zo'n honderddertig serieuze bodybuilders via advertenties. Daarvan waren er zeventig naturel, veertig gebruikten af-en-toe anabolen en twintig waren volgens de criteria voor verslaving afhankelijk van de spierversterkers geworden.
De onderzoekers ondervroegen hun proefpersonen met vragenlijsten die psychiatrische stoornissen opsporen. Zo wilden ze achterhalen of er grote verschillen zijn tussen anabolengebruikers die een paar kuurtjes per jaar nemen, en gebruikers die kennelijk niet meer zonder hun gear kunnen. De onderzoekers vermoeden dat de verhalen over psychisch instabiele gebruikers, met een ongewone mate van agressiviteit of drugverslaving, betrekking hebben op de verslaafde anabolengebruikers, en niet over alle gebruikers. Wat voor die theorie pleit is dat in eerdere studies ongeveer tien procent van de gewone gebruikers zegt wel eens 'roid rage te hebben gehad, terwijl dat percentage voor verslaafde anabolengebruikers
boven de zestig procent ligt.
De chronische gebruikers waren gespierder dan de niet-gebruikers of de gewone gebruikers, en gebruikten ook vaker andere groeibevorderaars dan de good old anabole steroidhormonen. Zeven procent van de gewone gebruikers had wel eens clenbuterol gebruikt, bij de verslaafden was dat zeventig procent. Zeven procent van de gewone gebruikers had wel eens groeihormoon gebruikt, bij de verslaafden was dat 65 procent. De gewone gebruikers hadden nooit insuline, IGF-1 en T3 gebruikt, terwijl van de verslaafden respectievelijk dertig, twintig en twintig procent ervaring had met deze middelen.
De figuur hieronder vergelijkt de niet-gebruikers met de gewone gebruikers, en de niet-gebruikers met de verslaafden.
Het grootste verschil tussen de gewone gebruikers en de niet-gebruikers is dat de gebruikers vaker eetstoornissen hebben, maar dat verschil is niet statistisch significant. De verschillen tussen de verslaafde gebruikers en de niet-gebruikers zijn groter. Als we ons beperken tot de significante verschillen, dan hebben de anabolenverslaafden vaker gedragsproblemen, lijden ze vaker aan spierdismorfie en zijn ze vaker verslaafd aan opiaten. In de VS moet je dan vooral denken aan synthetische pijnstillers.
De tabel hieronder vergelijkt tenslotte de gewone gebruikers met de anabolenverslaafden.
Als je je concentreert op de statistisch significante verschillen, dan zie je dat de verslaafde anabolengebruikers op dezelfde punten verschillen van de niet-gebruikers als van de gewone gebruikers. De verslaafde anabolengebruikers zijn dus een aparte groep.
De onderzoekers publiceerden eerder de theorie dat verslaving aan anabolen de opstap kan zijn naar de verslaving aan recreatieve drugs. Die theorie leeft nog steeds. Zweedse drugonderzoekers publiceerden een paar maanden geleden nog een aantal gevalsstudies van anabolengebruikers die eindigden als druggebruikers. Als de Harvardianen hun verslaafde bodybuilders ondervragen over hun druggebruik, dan blijkt het gebruik van anabolen niet altijd aan het druggebruik vooraf te gaan. Net zo vaak waren de personen al aan een drug verslaafd, en ontdekten ze pas later de anabolen.
De opstaptheorie klopt dus niet. Ook dat wijst erop dat anabolenverslaafden en anabolengebruikers aparte groepen zijn, en dat je mensen die af-en-toe kuren niet per definitie eindigen als een verslaafde. "Individuals with AAS dependence and individuals with classical substance dependence may perhaps share important underlying biological and neuropsychological vulnerabilities", concluderen de onderzoekers.
|
|
|