|
|
[Definitie:] "An ergogenic aid is any substance or phenomenon that enhances performance."
(Wilmore and Costill) 
|
|
|
||
|
||
|
2 8 - 0 3 - 2 0 0 4 Snel opneembare eiwitten voor de training: meer spieren, minder vet
Ratten die een uur voor de training een portie snel opneembare eiwitten krijgen verbranden meer vet en bouwen meer spieren op. Dat zeggen Franse voedingswetenschappers van het onderzoeksbureau INRA.
De onderzoekers wilden met hun onderzoek een probleem oplossen waarmee trainers al jaren worstelen: moeten mensen op de nuchtere maag trainen of na een maaltijd? Voordeel van het trainen op de nuchtere maag is dat het meer vet afbreekt. Maar het nadeel is dat het lichaam zijn behoefte aan suikers gaat dekken door lichaamseiwitten af te breken.
Maar wat zou er nou gebeuren als er je vlak voor de training voor zorgt dat er een verhoogde spiegel van aminozuren is? Als je dan ook de suikerspiegel laag houdt, verbrand je vet en zorgen de aminozuren ervoor dat het lichaam de afgebroken spieren weer worden opbouwt.
Om die theorie te testen gaven de Fransen vier verschillende groepen ratten een dieet dat ongeveer 85 procent van de joules leverde die ze eigenlijk zouden willen eten. Ze lieten de proefdieren vijf weken lang op elke door de weekse dag twee uur ronddraven in een molentje. De ene groep rende op de nuchtere maag, de tweede groep at een uur voor de sessie een met glucose verrijkte maaltijd, een derde een melk melkeiwit verrijkte maaltijd, en een derde een maaltijd waaraan het snelle wei-eiwit alfa-lactalbumine was toegevoegd.
Alle andere maaltijden die de dieren kregen bestond uit een standaard voer. In de onderstaande figuur heet dat voer P14. Glc = glucose; WMP = melkeiwit; CpaL = alfa-lactalbumine.
De ratten waren nog jong, en werden zwaarder. Hieronder zie je hoe hun gewicht zich ontwikkelde. Zoals je ziet werden de ratten die voor de training hadden gegeten zwaarder dan de ratten die niks hadden gekregen. Fasted = nuchter-groep.
Toen de onderzoekers naar de lichaamssamenstelling van de dieren keken, vonden ze duidelijke verschillen tussen de ratten. De ratten in de nuchter-groep hadden minder vet, maar ook minder spiermassa dan de ratten in de andere groepen. Dat was te verwachten.
De ratten die melkeiwit hadden gekregen hadden meer spiermassa dan de dieren in de nuchtergroep, maar ook meer vet. De dieren die glucose hadden gekregen, hadden iets meer spier dan de ratten in de melkeiwit-groep en minder vet. De ratten die wei-eiwit hadden gekregen hadden het nog beter gedaan, en hadden het meeste spier van allemaal, en net zo'n laag vetpercentage als de ratten in de nuchtergroep. BW = lichaamsgewicht; WAT = wit vetweefsel; LBM = vetvrije massa.
Toen de Fransen de oxidatie van eiwitten en vetten in de ratten bepaalden, zagen ze wat er was gebeurd. In de eerste twee uur na de trainingssessie was de oxidatie van eiwitten in wei-eiwitgroep, en in minder mate in de melkeiwitgroep, verhoogd. De oxidatie, zeggen de onderzoekers, is een maat voor de reparatie van spierweefsel.
Het probleem met de melkeiwitgroep lijkt de timing te zijn. De eiwitten komen te laat. Kennelijk komen de aminozuren te laat beschikbaar voor het lichaam. Als de ratten niet een uur, maar twee of drie uur voor hun training hun melkeiwitten hadden gekregen, was de curve wellicht anders geweest.
De Fransen concluderen dat het gebruik van snelle eiwitten voor lichaamsbeweging meer resultaten oplevert dan nuchter trainen, en meer dan het gebruiken van klassieke melkeiwitten.
Het onderzoek is een deel van een samenwerkingsproject tussen het zuivelconcern Lactalis [Link] en INRA. Lactalis werkt aan nieuwe sportvoedingsmiddelen. Wei-preparaten zouden wel eens een interessante markt voor het concern kunnen worden. Dure wei-preparaten, welteverstaan. Waarvoor consumenten bereid zijn om meer te betalen dan voor een pot kwark.
Bouthegourd JC, Roseau SM, Makarios-Lahham L, Leruyet PM, Tome DG, Even PC. A preexercise alpha-lactalbumin-enriched whey protein meal preserves lipid oxidation and decreases adiposity in rats. Am J Physiol Endocrinol Metab. 2002 Sep;283(3):E565-72. [Link] |
|
|
