1 6 - 1 0 - 2 0 0 7
"Steentijdmens moest oppassen voor eiwitvergiftiging"
(Am J Clin Nutr. 2000 Mar;71(3):682-92.)
Onze voorouders in het stenen tijdperk aten voor 45 tot 65 procent dierlijke producten, maar dat wil niet zeggen dat hun calorieen ook voor 45 tot 65 procent uit eiwitten bestonden. Dat concluderen Amerikanen en Australische antropologen en gezondheidswetenschappers in een al wat ouder overzichtsartikel, waarvoor ze alle beschikbare gegevens over de voeding van jager-verzamelaars analyseerden.
Het grote aandeel van dierlijke producten in het dieet stelde de mens in de steentijd voor problemen, aldus de onderzoekers. Het aandeel van eiwit in een dieet kan niet boven de 35 - 40 procent komen. Gebeurt dat toch, dan ontwikkelen mensen het rabbit starvation syndrome. Daarover gaan veel anekdotes, maar in de literatuur vind je nauwelijks gevalsstudies.
Als de onderzoekers hun gegevens op een rijtje zetten, dan zien ze dat de steentijdmens in theorie toch geregeld een toxische hoeveelheid eiwit binnengekregen moet hebben.
Hierboven zie je verschillende verhoudingen tussen dierlijke en plantaardige producten. Hoe meer dierlijke producten er in het dieet zitten, des te makkelijker stijgt de inname van eiwitten boven de toxische grens van 35 tot 40 procent.
De onderzoekers merken op dat de steentijdmens waarschijnlijk hele dieren opat, en niet alleen het spiervlees. Zo hield de steentijdmens zijn vetconsumptie hoog. Waarschijnlijk kookte hij zelfs de botten van de dieren, om er nog de laatste restjes vetten en andere voedingsstoffen aan te onttrekken.
De onderzoekers gaan er van uit dat de hoeveelheid eiwit die een mens kan tolereren wordt beperkt door de capaciteit van de lever om afgebroken eiwit in de vorm van ureum af te voeren. Een volwassen, gezonde man van tachtig kilo, halen de onderzoekers uit de literatuur, kan maximaal 250 gram eiwitten per dag consumeren. Bij een hoger inname vergiftigen de aminozuren je. "Excess consumption of dietary protein from the lean meats of wild animals initially results in nausea, then diarrhea, and then death."
Waarschijnlijk gooiden de steentijdmensen spiervlees in tijden van crisis weg, denken de onderzoekers. Of ze zorgden ervoor dat ze via handel honing of een andere geconcentreerde koolhydraatbron bemachtigden.
De onderzoekers denken dat ze met hun gegevens een idee kunnen geven wat voor soort dieet nu eigenlijk gezond is. Nu adviseren wetenschappers mensen een dieet waarvan de calorieeen voor vijftien procent uit eiwit komen, 55 procent uit koolhydraten en dertig procent uit vet. Toen we allemaal nog veel fysiek werk verrichtten was zo'n dieet misschien gezond, maar zo'n dieet zou in deze periode van overvloed wel eens makkelijk kunnen leiden tot welvaartsziekten en overgewicht.
Daarom vragen steeds meer voedingswetenschappers zich af of we niet toe moeten naar een voeding die meer lijkt op het dieet waarvoor we eigenlijk zijn ontworpen: het steentijdtijddieet, zoals de huidige jager-verzamelaars dat nog kennen, met wat meer eiwitten en wat minder koolhydraten.
"For worldwide hunter-gatherers, the most plausible percentages of total energy from the macronutrients would be 19–35% for protein, 22–40% for carbohydrate, and 28–58% for fat."
1 7 - 1 0 - 2 0 0 7
Coca-Cola gaat Chinese kruiden in zijn frisdrank stoppen (nutraingredients.com 16/10/2007)
Naar eigen zeggen heeft The Coca-Cola Company een onderzoekscentrum opgezet in China Academy of Chinese Medical Sciences in Beijing. Het centrum is op zoek naar Chinese plantenstoffen die Coca-Cola zijn zijn producten kan stoppen.
In ieder geval voor een deel is het centrum bedoeld als propagandastunt om op het congres Responding to the Modern Lifestyle van de Pacific Health Forum Personal Health Workshop goed voor de dag te komen. Coca-Cola kan dan laten zien dat het een verantwoordelijk bedrijf is, dat geen schuld heeft aan de vetzuchtepidemie.
|
|
|