21.07.2011

Dierstudie: octacosanol is duursportsupplement

In tarwekiemolie zit octacosanol. Al tientallen jaren geleden toonden studies de ergogene werking van die verbinding aan. Een Koreaanse dierstudie doet dat nog eens dunnetjes over - en laat zien hoe octacosanol precies werkt.

De chemische structuur van octacosanol [hierboven] is simpel: het is een lange sliert van koolstofatomen met een hydroxylgroep aan zijn kop. In fruit, granen en bladgroenten zit die stof en zijn chemische familieleden vaak aan de buitenkant. Ze vormen het was-achtige laagje dat planten beschermt tegen de buitenwereld.

In 1972 publiceerde de in 1992 overleden [nytimes.com 1992/12/24] zwemkampioen en sportwetenschapper Thomas Kirk Cureton The Physiological Effects of Wheat Germ Oil on Humans in Exercise. Daarin beschreef Cureton prestatieverbeterende effecten van tarwekiemolie op atleten. Ze kregen meer uithoudingsvermogen, en hun spieren in hun onderarmen en hun bovenlichaam werden sterker.

Aanvankelijk vermoedden wetenschappers dat die effecten het gevolg waren van de vitamine E-analogen in tarwekiemolie. Toen ze eentje daarvan - alpha-tocoferol - met weinig succes uittestten op sporters, schreef de main stream-wetenschap tarwekiemolie af. Dat was wellicht overhaast. Niet vitamine E, maar de aliphatische alcoholen als octacosanol verbeterden volgens latere studies de prestaties van sporters.

Voedingswetenschappers van Yonsei University in het Zuid-Koreaanse Seoul wilden met de dierstudie waarover dit stukje gaat achterhalen of er werkelijk grond is voor het gebruik van geconcentreerde octacosanolpreparaten door atleten. Hun studie werd tussen twee haakjes betaald door het Koreaanse ministerie van landbouw.

De onderzoekers gaven een groep ratten 4 weken voer dat voor 0.75 procent bestond uit octacosanol [EO]. Een controlegroep kreeg voer zonder die toevoeging [EC]. Vervolgens lieten de onderzoekers beide groepen 4 weken 5 keer per week hardlopen in een treadmill. Je ziet het trainingsprogramma hieronder. Een tweede controlegroep liep niet hard en kreeg ook geen octacosanol [SC]. Toen de 4 weken voorbij waren lieten de onderzoekers de ratten rennen totdat ze letterlijk niet meer konden. Zoals je ziet verbeterde de octacosanolsuppletie het uithoudingsvermogen met een factor 1.8.

Toen de Koreanen het spierweefsel van hun dieren onderzochten zagen ze hoe octacosanol precies werkt. De verbinding verhoogde de hoeveelheid glycogeen in de spieren. Waarschijnlijk kwam dat doordat octacosanol de citroenzuurcyclus aanzwengelde.

De citroenzuurcyclus is een complexe reactie die voedingsstoffen omzet in energie voor de cel. Octacosanol verhoogde in ieder geval de activiteit van het enzym citraatsynthase [CS], een enzym dat de eerste stap van de citroenzuurcyclus op gang brengt. De Koreanen vermoeden dat octacosanol via de citroenzuurcyclus spiercellen meer glycogeen laat aanmaken, of daarmee zuiniger laat omspringen. Dat laatste kan impliceren dat octacosanol de verbranding van vetten verhoogt.

Bron:
J Med Food. 2003 Winter;6(4):345-51.