23.05.2011

Het drievoudige werkingsmechanisme van Irvingia gabonensis

Als je op zoek bent naar een afslanksupplement, maar niet goed reageert op supplementen die via je adrenalinehuishouding de vetzuren uit de vetreserves kloppen, dan zou je het met Irvingia gabonsensis kunnen proberen. Volgens een moleculair onderzoek van Afrikaanse onderzoekers, die zich hebben vastgebeten in de anti-obesogene werking van Irvingia, werkt het extract op een volkomen andere manier.

De onderzoekers publiceerden in 2009 een studie waarin menselijke dikke proefpersonen in 10 weken tijd 10-12 kilo afvielen toen ze Irvingia gabonsensis slikten. Als die studie klopt, dan is dat sensationeel. Geen wonder dat het Afrikaanse middel opduikt in allerlei afslanksupplementen.

Een jaar voordat de Afrikanen hun humane studie publiceerden, verscheen in Lipids in Health and Disease een experiment dat de onderzoekers uitvoerden met vetcellen van muizen. Die proef maakt duidelijk hoe Irvingia gabonsensis precies werkt.

De onderzoekers gebruikten 3T3-L1-cellen. Die zijn nog niet uitontwikkeld tot volwaardige vetcellen. De onderzoekers stelden de cellen daarom eerst bloot aan insuline en andere stoffen die de vetcellen laten groeien. Daarna begon het eigenlijke experiment, waarin de cellen werden blootgesteld aan verschillende doses van de organische zuren in Irvingia gabonsensis.

De zuren verminderden de aanmaak van het eiwit PPAR-gamma door de vetcellen. Dat betekent dat de cellen minder goed vetzuren uit de bloedbaan kunnen opnemen, en makkelijker hun inhoud afstaan aan het bloed. PPAR-gamma is een soort sensor, waarmee vetcellen vetzuren kunnen 'zien'. Daarnaast vermindert Irvingia de aanmaak van leptine, maar verhoogt het die van adiponectin.


Het drievoudige werkingsmechanisme van Irvingia gabonensis


Het drievoudige werkingsmechanisme van Irvingia gabonensis


Het drievoudige werkingsmechanisme van Irvingia gabonensis


Adiponectin is een 'goed' vethormoon. Gezonde, niet te grote vetcellen maken het aan. Adiponectin laat spiercellen meer voedingsstoffen uit het bloed opnemen.

Leptine is wat complexer. Slanke mensen gaan minder eten als de concentratie in hun bloed toeneemt, dikke mensen niet meer. Ze hebben vaak veel leptine in hun bloed maar zijn ongevoelig voor het hormoon geworden.

Bron:
Lipids Health Dis. 2008 Nov 13;7:44.