Melk misschien risicofactor voor depressie, yoghurt en kefir juist niet
Een hoge inname van zuivel verhoogt misschien de kans op depressie. Tenminste, als we het hebben over niet-gefermenteerde vormen van zuivel. Gefermenteerde zuivelvarianten zoals yoghurt, karnemelk en kefir verlagen de kans op depressie misschien.
Studie
Australische epidemiologen, verbonden aan Deakin University, analyseerden gegevens van 2603 Finse mannen die waren verzameld in de Kuopio Ischaemic Heart Disease Risk Factor Study. Die studie begon in de jaren tachtig. De studiedeelnemers waren toen 42-60 jaar.
De mannen hadden bijgehouden wat ze zoal aten. Aan de hand daarvan bepaalden de onderzoekers de inname van zuivel. Ze maakten een onderscheid tussen niet-gefermenteerde zuivel, zoals melk en vla, en gefermenteerde zuivel, zoals karnemelk, yoghurt, kefir en kaas.
Aan de hand van hun inname verdeelden de onderzoekers de mannen in 3 ongeveer even grote groepen of tertielen. De mannen in het eerste tertiel hadden de geringste inname, de mannen in het derde tertiel de hoogste inname.
De onderzoekers volgden de mannen 26 jaar. Ze hadden toegang tot de medische gegevens van de mannen en konden nagaan of ze een depressie hadden gekregen.
Resultaten
De onderzoekers konden geen effect van de totale inname van zuivel op depressie vinden. Maar toen ze een onderscheid maakten tussen gefermenteerde en niet-gefermenteerde zuivel, vonden ze wel een statistisch significant verband.
De mannen met de hoogste inname van niet-gefermenteerde zuivel hadden twee keer meer kans op depressie dan de mannen met de laagste inname van niet-gefermenteerde zuivel. Dat verschil was statistisch significant.
De mannen met de hoogste inname van gefermenteerde zuivel hadden 30 procent minder kans op depressie dan de mannen met de geringste inname. Dat verschil was niet statistisch significant. Dat zie je hierboven.
Toen de onderzoekers kaas weglieten, en alleen keken naar andere gefermenteerde zuivel, liep de beschermende werking van een hoge inname op tot 38 procent en was er wel sprake van statistisch significantie.
Mechanisme
De onderzoekers poneren een aantal mogelijke verklaringen voor de gevonden verbanden. Eentje is dat niet-gefermenteerde zuivel lactose bevat. Galactose is een disaccharide, en eentje daarvan is galactose. In dierproeven versnelt dat suiker verouderingsprocessen. Bovendien beschadigt het hersencellen. In gefermenteerde zuivel zit weinig galactose. De bacteriën hebben het omgezet.
Een andere verdachte is het eiwit in zuivel. Veel koeien produceren het eiwit A1 bèta-caseïne. Dat verandert in het lichaam in het peptide bèta-casomorphin-7 [BCM-7; structuurformule hieronder].
Sommige voedingswetenschappers vermoeden dat BCM-7 de hersenen kan beschadigen. Als die theorie klopt, dan speelt dat probleem niet of nauwelijks bij gefermenteerde zuivel. Het fermentatieproces knipt de eiwitten op in kleinere stukjes die niet meer kunnen fungeren als een BCM-7-precursor.
Conclusie
"If corroborated by future research, including moderate amounts of fermented dairy products (e.g., sour milk, kefir, yogurt) while limiting intake of nonfermented dairy products (e.g., milk) could form part of dietary recommendations for the prevention of depression", resumeren de onderzoekers.
"To confirm findings observed in this study, prospective studies that include repeated measures of diet and are conducted in different populations and sexes are required."
Bron:
J Nutr. 2022 Aug 9;152(8):1916-26.
Meer:
Hoe flavonoïden en carotenoïden in voeding beschermen tegen depressie (3-1-2022)
Groenten en fruit zijn natuurlijke antidepressiva (27-4-2020)
Gezond voedingspatroon beschermt tegen depressie (4-3-2019)
|